Enkele basisregels
Het onderwerp speelt de hoofdrol.
Laat het onderwerp niet concurreren met de andere bestanddelen (voor- en achtergrond) in je foto.
Plaats in een landschapsfoto de personen dermate dat ze geen delen van het eigenlijke onderwerp blokkeren.
Als het in je foto juist om de personen zelf gaat, zorg dat hun gelaat duidelijk zichtbaar. Beschouw het eventuele landschap dan enkel als een ondersteunende achtergrond.
Fotografeer je een bewegend onderwerp, zorg dan dat er in de richting van de beweging voldoende open ruimte in de foto is. M.a.w. het onderwerp moet bewegingsruimte voor zich uit hebben.
Zorg dat je op het onderwerp scherp stelt.
Het klinkt overbodig, toch is het een vaak voorkomende fout. De autofocus is hier vaak de oorzaak van. Controleer altijd je opname op het display. Zorg dat de indicatoren van de autofocus over je onderwerp heen staan, druk dan deels de afdrukknop in (enkel scherpstellen dus) en richt daarna je toestel op dàt geheelte dat je wil fotograferen.
Gebruik een statief of een alternatief.
Wil je bewegingsonscherpte vermeiden, neem dan je statief erbij of zoek een ondersteuning op een stevig oppervlak.Bij gebruik van macro- en telelens is het belangrijk dat je toestel perfect stil gehouden wordt
Heb je geen statief:
– plaats beide ellebogen op een stevige ondergrond (reling, muurtje e.d)
– druk de zijkant van je toestel ergens tegenaan (een boom, paal, muur e.d)
– plaats je toestel op een horizontaal oppervlak (bv. een tafel)
Statieven zijn er in tal van soorten en formaten, gaande van zeer compacte en zelfs buigzame modellen tot de echt zware types met telescopische poten. Alles hangt een beetje af van je persoonlijke behoefte, wanneer je overweegt een om een statief aan te schaffen. Denk eraan dat statieven behoorlijk zwaar kunnen zijn wanneer je op pad gaat.
Geen tegenlicht !
Zorg dat je het (zon)licht steeds in de rug hebt, dit zorgt voor een natuurlijk effect en voor de mooiste kleuren. Voor portretfotografie kan zelfs beter zijn niet in het directe zonlicht te werken. Dat geeft steeds harde schaduwen. Een bewolkte dag of het moment dat er net een wolk voor de zon schuift is de betere moment voor zulke opname.
Als je een silhouet als resultaat wil, kan tegenlicht juist wél gewenst zijn.
Ben je genoodzaakt om de foto toch in het zonlicht of met (geen al te sterk) tegenlicht of te maken, gebruik dan een (interne) flitser. Zo kan je een onderwerp op korte afstand toch nog mooi oplichten.
Van standpunt wisselen opent perspectieven.
Fotografeer niet uitsluitend vanaf ooghoogte. Het is net heel spannend en verrassend om van standpunt te wisselen. Ga eens door de knieën (zelf durf ik wel eens op de grond te gaan liggen). Fotografeer eens van bovenaf, vanop de grond,vanaf een zijkant… enz. Soms kan het zelfs leuke effecten geven als je de camera niet horizontaal maar onder een hoek plaatst (diagonaal dus).
Probeer het eens uit met een kerktoren en bekijk het resultaat. Hoe voel je het verschil aan van een kerktoren die vanuit de linker bovenhoek naar de fotobasis toe loopt of een kerktoren die vanuit de fotobasis naar de rechter bovenhoek toe loopt ? De eerste toren lijkt vanuit de hemel naar beneden te komen, de tweede toren lijkt ten hemel te rijzen. Toch… ?
Kleur, licht en reliëf brengen leven in je foto.
Een mooie lichtinval waarbij de kleuren mooi in elkaar over lopen, kan prachtige sfeerbeelden als resultaat opleveren.
Reliëf zorgt voor meer dieptewerking. Fotografeer daarom je onderwerp vanuit een hoek en niet steeds frontaal.
Bij een gevel van een rijhuis heb je weinig andere keuze maar met een vrijstaand huis (open bebouwing) kan je de test wel doen. Meestal is het beter om vanaf één van de hoeken van het huis te fotograferen. Ook hier weer het verschil van fotograferen vanuit de linker of vanuit de rechterhoek. Vergelijk met wat ik hierboven schreef over de kerktoren.
Zoek denkbeeldige kaders.
Fotografeer eens (door) een opening in een oude muur, (door) een raam of deur enz. Richt je camera eens op een oude doorgang met op het eind een deur of poort die open staat.
Probeerde je al ooit om een spiegelbeeld in een oude spiegel te fotografen, zonder dat je zelf in deze spiegel zichtbaar bent ? Het kan verrassende foto’s opleveren. De omlijsting van de spiegel kadert dan als vanzelf de foto in. Zoek naar kaders die je beeld op een natuurlijke manier omlijnen. Leer kijken met andere ogen… Experimenteren is de boodschap.
Controleren wat er in de zoeker te zien is.
Geen bergtoppen, dakpunten, hoofden, torenspitsen of voetzoel e.d. afsnijden ! Neem je foto altijd iets ruimer en snijdt hem nadien in je fotobewerkingsprogramma bij.
Let ook op storende elementen die je foto verontreinigen, deze zijn nadien vaak moeilijk of totaal niet meer weg te werken.
Het voorbeeld hierboven is misschien extreem, wat met die twee grassprieten die je uit het oog verloor toen je een macro-opname van die krokus maakte of die paar wuivende grasstengels die nu als onscherpe lijnen door je landschap lopen…. Je oog negeert ze wanneer je fotografeert, maar je foto liegt nooit….
Mensen fotograferen… doe het incognito.
Heel veel mensen verstarren als ze voor de lens staan. Hou hier rekening mee. De kunst bestaat er in om mensen in hun natuurlijke doen te fotograferen, meestal is dat wanneer ze niet weten dat ze op de foto gaan.Je kan er voor kiezen om een rustig beeld te maken van iemand die in gedachten verzonken of is het juist die éne actiefoto van iemand die in een emotionele discussie verwikkeld is. Twee totaal verschillende beelden dus.
Observeren, standpunt kiezen en de juiste moment afwachten is de boodschap. Het kan hier ook nuttig zijn om een “burst” (een reeks snel achter elkaar genomen foto’s) te maken en er die éne juiste pose uit te kiezen. Misschien een uitdaging voor jouw volgende fotojacht.
Fotograferen in de herfst.
Wat neem ik mee ?
– Standaardlens maar vooral ook de Macrolens.
In de herfst richten we ons vaak op details zoals bijvoorbeeld
paddenstoelen die we van dichtbij willen fotograferen.
– Statief
Vanwege het geringere licht en dus en langere sluitertijd is het
gebruik van een statief meer aangewezen.
– Stuk plastiek
Om onze kleding te beschermen als we op de grond gaan zitten
of liggen om te fotograferen.
Waar dien ik op te letten ?
– Fotografeer niet te veel (bewolkte) lucht.
– Zet je witbalans op bewolkt
– Maak geen gebruik van de “AUTO” stand op je fototoestel
– Gebruik een statief
– Spits je toe op details en minder op een geheel
– Let op storende details als je macro-opnames maakt
Wat zijn boeiende onderwerpen ?
– Dauw op gras, bloemen en bladeren (ga in de ochtend vroeg op pad)
– Verkleurde bladeren en herfstvruchten zoals eikels en kastanjes
– Statige dreven in herfsttooi met een dik bladerentapijt
– Nevelige of mistige landschappen in bos of open terrein
– Paddenstoelen
– Kale of halfkale bomen vanuit kikvorsperspectief
– Stralingsnevel in golvende landschappen
– Rijm op takken en bladeren
Picpholio Nature Photography 